Stilte voor de storm?
Een mooi kenmerk van de veehouderij is dat de dieren de ondernemer weerspiegelen. Als de ondernemer rustig is, dan zijn de dieren dat ook. Die rust valt ons direct op als we de varkensstal in lopen. Maar als je naar de huidige omstandigheden van de varkenshouderij kijkt, dan zou je denken dat Mart weinig redenen heeft om rustig te zijn. Hoe houden hij en zijn vader ze zich staande in deze financieel zware tijd?
Niets is meer zoals het was
Zijn vader en moeder hebben het bedrijf altijd samen gerund. Toen Mart nog maar een paar jaar oud was, was voor hem al duidelijk dat hij later het bedrijf zou overnemen. ‘Ik heb écht nooit iets anders willen doen, ik ben gek op het vak.’ Verder is Mart gek op reizen: nieuwe dingen ontdekken, contact maken met zoveel mogelijk mensen en culturen. Tijdens zijn studie op de MAS is hij op stage geweest in Denemarken, Canada en Polen. Ook op de HAS mag hij weer op stage in het buitenland, in 2008 gaat hij naar Australië. Maar als Mart nog geen zes weken in Australië zit krijgt hij een vreselijk bericht dat zijn hele leven op z’n kop zet. Zijn moeder, Francien (49), heeft een hersentumor. Mart besluit zijn stage af te breken en vliegt direct naar huis. Zes maanden later komt zijn moeder te overlijden. ‘Hierdoor kwam mijn hele leven in een ander perspectief te staan.’ Zegt Mart.
In 2009, zodra hij zijn diploma van de HAS in handen heeft, gaat hij fulltime met zijn vader het bedrijf runnen. De eerste taak die hij als bedrijfsleider op zich neemt, is de aansturing van het personeel. Drie personen vervullen samen ongeveer 1,5 fte, samen met Theo en Mart komen ze uit op ongeveer 4 fte. Inmiddels is hij volledig verantwoordelijk voor de planning, aansturing en begeleiding van het personeel. Daarnaast is Mart met name te vinden in de kraamstal en opfokstal, of op kantoor om de technische analyses te maken. Zijn werkwijze beschrijft hij als monitoren - analyseren - reageren - monitoren. Ongeveer 1,5 dag in de week is hij onderweg met hun eigen vrachtwagen om varkens naar klanten te brengen. Dit doet hij om zodoende een intensief contact te onderhouden met de klanten en ook voor de gezondheid van de dieren. ‘Mijn vader en ik zitten altijd samen aan tafel met adviseurs. De dagelijkse werkzaamheden zijn 50/ 50 verdeeld tussen ons. Wij doen ook gewoon de vervelende klusjes, zoals de hokken schoonspuiten. Ik wil graag tussen ons personeel staan, ik ben niet iemand die boven anderen gaat staan.’
De 7 magere jaren?
Al een flink aantal jaren hebben de varkenshouders in Nederland te kampen met lage prijzen. De kostprijs om een varken te voeden en verzorgen ligt veel hoger dan wat er voor betaald wordt. De laatste maanden zijn de prijzen nog eens drastisch omlaag gegaan, de reserves raken op en meerdere bedrijven zijn inmiddels failliet.
Er zijn iets meer dan 5.000 varkensbedrijven in Nederland. Toch zijn er maar zes bedrijven hetzelfde als dat van Mart en Theo Klijn. Ze runnen namelijk een kernopfok bedrijf, dat wil zeggen dat ze de biggen die bij hen geboren worden, opvoeden tot moederdieren (zeugen). Die zeugen verkopen ze aan vermeerderingsbedrijven. Daar krijgen de zeugen biggen en als die biggen groot genoeg zijn, worden ze verkocht voor het vlees. Daarnaast hebben ze korte lijntjes met de varkensfokkerij organisatie Topigs Norsvin. Stel dat er een nieuwe bloedlijn geïntroduceerd wordt, dan wordt die bloedlijn in samenwerking met Topigs Norsvin op hun bedrijf geïmplementeerd. Dat is op dit moment ook het geval. ‘We hadden gelukkig de goede zeug liggen, die goed samengaat met een nieuwe bloedlijn. Die zijn ze flink aan het promoten en daar komt nu veel vraag naar. Dit is een redelijk unieke combinatie, dus daar hopen we komend jaar de afzet mee te verbeteren. We lopen voorop in de genetische vooruitgang, omdat we vaak met nieuwe beren werken. Dat geeft voordeel ten opzichte van andere fokkers, genetisch staan wij als kernfokker aan de top van de piramide. Het kost ons wel veel extra werk en geld.’ Ondanks het extra werk en de kosten die Mart beschrijft, merk je aan alles dat hij ervan geniet om met innovatie bezig te zijn. Nieuwe dingen uitproberen, daar technische analyses op loslaten en vervolgens een mooi resultaat leveren, dat zijn duidelijk de dingen die Mart energie geven.
Mart: ‘Ik vind het belangrijk om altijd kritisch naar de sector en ons eigen bedrijf te kijken, zeker in deze moeilijke periode. We hebben 20 klanten, zij bezuinigen nu zoveel als ze kunnen, dus ook op de aankoop van onze moederdieren. Een paar klanten van ons hebben inmiddels hun bedrijf moeten beëindigen. Dat voelen wij natuurlijk direct, hierdoor is het een extra uitdaging om onze afzet op peil te houden.’ Mart is niet alleen in de varkensstal te vinden, hij gaat letterlijk op pad om zijn product te verkopen. ‘We zitten in een gebied waar weinig varkensbedrijven staan. Dat is een groot voordeel voor de gezondheid van onze dieren, want veel varkensziektes verplaatsen zich via de lucht. Een nadeel is echter dat we minder bekend zijn onder de varkenshouders. Daarom bezoek ik veel vergaderingen, netwerkbijeenkomsten en onderhoud contact met adviseurs, veeartsen en handelaren. De afnemers van onze dieren zijn natuurlijk het allerbelangrijkste voor ons, als zij tevreden zijn over de kwaliteit die we leveren, dan vertellen ze dat door. Net zoals de veearts, adviseurs en handelaren die bij hen langskomen. Alleen dat is al een hele belangrijke reden om altijd goede kwaliteit te leveren.’
Genieten
Als we vragen naar zijn levensmotto, dan hoeft Mart niet lang na te denken. ‘Herinner je gisteren, droom over morgen, maar LEEF vandaag. Het is belangrijk dat je plezier hebt in je werk, maar ook om je te beseffen dat er meer bestaat dan werken, dan heb ik vooral geleerd uit de situatie met mijn moeder.’
Sinds zeven maanden heeft hij een relatie met Wendy, het is dik aan en ze praten al over samenwonen. ‘Ik vind het belangrijk om tijd te maken voor mijn vriendin, familie en vrienden. Gelukkig heeft Wendy ook een druk leven en ze heeft begrip voor het feit dat ik zeven dagen per week moet werken én bijna ieder avond naar vergaderingen ga. Wendy is zelf ook actief in de agrarische sector, daardoor begrijpt ze me heel goed en kunnen we gemakkelijk met elkaar sparren over allerlei onderwerpen. Wendy is een aantal keer mee naar de stal gegaan op zondagmorgen. Dat is heel leuk, maar als ik naar de toekomst kijk dan verwacht ik niet van haar dat ze mee gaat werken op het bedrijf. Ik vind het wel heel belangrijk dat Wendy betrokken is en mij ondersteund in bepaalde keuzes die gemaakt moeten worden in het bedrijf.
Als we verder door gaan op de toekomst blijkt het lastig voor Mart om in te schatten wanneer hij het bedrijf van zijn vader zal overnemen. ‘Het moment van overname wordt nu met name bepaald door de financiële omstandigheden. Toch hoop ik dat Wendy en ik in 2020 naar het bedrijf kunnen verhuizen. Mijn vader is dan 65 jaar en wil dan graag wat meer afstand nemen van het bedrijf. Vanaf dat moment ga ik met meer personeel werken, ook in het weekend. Dan kan ik gewoon met mijn kinderen naar het sporten gaan als ik dat wil.’ Zegt Mart lachend.
In 2025 hoopt hij het bedrijf overgenomen te hebben, dat geeft toch blijk van vertrouwen in de sector. ‘De varkenssector is een uitdagende sector en een erg leuke sector. Voor de toekomst zie ik wel een meerwaarde in meer samenwerkingsverbanden in de gehele varkensketen. Als kernfokker krijg ik te maken met flinke uitdagingen, maar dit maakt mijn werk ook leuk. Ik kom in contact met veel verschillende mensen en ik zie het als een uitdaging om altijd genetisch en kwalitatief in de top te presteren. De financiële druk waar de sector op dit moment mee te maken heeft, vraagt wel heel veel van de varkenshouders. Maar ik ben er van overtuigd dat er, mede door samenwerking, een goede toekomst ligt voor de Nederlandse varkenshouderij.’
Namens de Jonge Helden van 2015 en de redactie de beste wensen en op naar een ondernemend, enthousiast en succesvol 2016!