We zijn van het aanpakken en niet afwachten
Marjolein de Wit (24) en Gijs Vergeer (31) runnen samen Zonnewende Vleesvee in Deurne. Naast de witvleeskalveren die ze houden, hebben ze 150 Blonde ‘d Aquitaine koeien voor de vleesverkoop. Marjolein is boerendochter en komt van een melkveebedrijf, Gijs is burger en de oude buurjongen van Marjolein uit Someren-Heide. In 2011 zette Gijs de stap om boer te worden.
Hoe is jullie bedrijf ontstaan?
Marjolein: “Gijs kwam op zijn 19e bij ons werken op het melkveebedrijf in Someren-Heide. We werkten veel samen en van het een kwam het ander, we kregen een relatie. Gijs altijd boer-minded geweest. Hij werkte op het bedrijf van mijn ouders en kreeg in 2011 de kans om zijn eigen bedrijf kopen.”
Gijs: “In Hegelsom, Limburg, kwam in 2011 een kalverhouderij te koop. Ik heb in eerste instantie gekeken of ik dat kon huren. Verhuren was geen optie voor de andere partij en dus ging ik onderzoeken of ik het kon kopen. En dat lukte. Witvleeskalveren is een van de weinige takken in de agrarische sector waar je mee kunt starten als je niet uit de sector komt omdat je werkt met een contract. Dit biedt zekerheid van inkomen.”
En dan ben je opeens ondernemer, hoe is dat?
Gijs: “Dat was best spannend maar ook erg leuk. Je bent zelf verantwoordelijk voor iedere stap die je zet. Zeker in het begin betekende dit ook wel eens vallen en opstaan. Maar daar leer je enorm veel van.”
Marjolein: “Het plan was, om wanneer ik klaar was met school samen dit bedrijf uit te breiden. Maar toen er een kalverenbedrijf te koop kwam in Deurne van goede bekende, begon het toch wel echt te kriebelen. We zijn echte Brabanders en het was een bedrijf wat zo goed als klaar was voor de toekomst dus het was een mooie kans. Als de trein voorbij komt heb je de keuze om te blijven staan of om er op te springen. Wij kozen er voor om te springen en kochten samen het bedrijf in Deurne.”
Was jij toen al klaar met je studie, Marjolein?
Marjolein: “Nee nog niet helemaal, dus veel mensen verklaarden me dan ook voor gek. Toch was het zo’n mooie kans om samen een bedrijf te kunnen starten dat we er helemaal voor gingen. Zo’n kans krijg je geen twee keer. Ik heb wel gewoon mijn studie afgerond aan de HAS en startte daarnaast met Gijs dus dit bedrijf in januari 2015.”
Gijs: “Het voordeel is dat we al lang samenwerkten dus wisten we wie waar goed in was. Op mijn bedrijf in Limburg had ik 600 kalveren, hier hebben we er 2000. Dat is dus echt wel schakelen en een te grote groep om alles in je eentje te doen. We hebben vier ochtenden in de week een medewerker en in de drukke periodes helpen onze vrienden en familie mee. We hebben een bedrijf van fors formaat maar staan als ondernemers gewoon iedere dag op de werkvloer. Het zou niks voor mij zijn om de directeur uit te gaan hangen.”
Hoe verdelen jullie je werk?
Gijs: “We hebben een duidelijke taakverdeling. We helpen elkaar natuurlijk wel maar ieder is eindverantwoordelijke voor zijn eigen taken. Er zijn meerdere belangrijke taken zoals de financiële administratie, de bestellingen, I&R (identificatie en registratie), het verzorgen van het vleesvee en de witvleeskalveren. Ieder zo z’n ding.”
Marjolein: “Gijs springt bijvoorbeeld veel vaker op de trekker dan ik, hij vind dat leuk werk en is er ook beter in. Dat vinden we belangrijk; doen waar je goed in bent. We staan hetzelfde in het bedrijf: hard werken, zorgen voor structuur, secuur werken, opgeruimd zijn en bij de tijd blijven. Ook vinden we het allebei belangrijk om eerst te weten wat de vraag is van de markt om dat vervolgens te produceren. Wanneer je daar op inspeelt en strak georganiseerd bent kan het een succes worden.”
Zijn er ook dingen waar jullie niet hetzelfde in staan?
Marjolein: “Weinig, we zitten vrij goed op één lijn. Dat is ook onze succesfactor denk ik. Maar natuurlijk zijn er wel eens dingen waar we anders over denken. Je merkt toch dat je juist focust op wat je allebei leuk vindt en minder op hetgeen waar we niet allebei enthousiast van worden.”
Jullie zijn een jong bedrijf en hoog gefinancierd. Hoe ga je om met tegenslagen?
Gijs: Een bedrijf als dit gaat samen met een hoge financiering. Dat betekend dat er geld verdient moet worden om de boel draaiende te houden. Tegenslagen moet je proberen zo veel mogelijk te voorkomen. Dit doen we onder andere door zelf continue boven op het werk te zitten zodat we altijd weten wat er gaande is. Toch zijn er tegenslagen waar je van te voren weinig of geen invloed op hebt zoals de hagelbui van 2016.”
Wat betekende die hagelbui voor jullie?
Marjolein: “23 juni 2016 is een datum die mensen hier in de omgeving niet snel zullen vergeten. Na enkele dagen van extreme warmte kwam er een zwaar verwoestende hagelbui over ons bedrijf. De hagelstenen ten grootte van tennisballen richten veel schade aan op ons bedrijf.”
Gijs: “Er vlogen dakpannen van het dak af en je kon gewoon niet dicht bij de ramen gaan staan, zo ging het er aan toe. Toen het wat rustiger was geworden gingen we naar buiten om de schade te bekijken. Toen we zagen hoe ernstig het was hebben we direct de verzekering, bouwvakkers en de loonwerker gebeld. De volgende ochtend stonden vrienden, familie en werklui al voor dag en dauw voor ons klaar. We zijn van het aanpakken en niet afwachten. Door die instelling konden we meteen aan de slag en waren werklui ook nog beschikbaar. In de weken daarna hebben we ongeveer één hectare aan dak moeten vervangen. Als we ons bij de aankoop van het bedrijf niet zo uitgebreid verzekerd hadden, had ons bedrijf er nu heel anders uitgezien. Zo zie je maar dat je niet alle tegenslagen kunt voorkomen.”
Hoe zien jullie je toekomst?
Marjolein: “Eind september verwachten we ons eerste kindje. Dus dan zal er zeker het één en ander gaan veranderen. Maar ik blijf absoluut op het bedrijf werken, ik ben niet iemand die de hele dag in huis gaat zitten.”
Gijs: “Verder hebben we momenteel niet de ambities om te groeien. We zitten dichtbij de natuur en hebben al een flinke bedrijfsomvang. We hoeven niet de grootste te zijn maar vinden het wel belangrijk om ons te blijven ontwikkelen. Ons motto voor de komende jaren is: Gewoon een beetje zo deur doen.”